dunya is onze amerikaans buldog teefje ze is 4 jaar heeft 3 nestjes gehad allen zeer gezond dunya is net als quando in het bezit van een zeer goed stamboom zeer eerlijk en spontaan karakter ze weegt 55 kilo en is 55 cm hoog no bullshit "dunya"

• Animaties honden
• Bulldog pagina
• R.a.d
• Shows

onze dekreu quando een zeer lieve en rustige hond zeer goede dekervaring quando is 2 jaar goede stamboomlijn weegt 65 kilo is 60 cm hoog een bull met een zeer goed en eerlijk karakter no bullshit`s "quando"

Eigenlijk moet ik ver terug in de tijd om te beginnen. Ik kocht mijn eerste Pitbull in 1983 en richtte met een aantal enthousiasten de Pitbullclub Nederland op. Toen ontstond de basis van het ARFE stamboek. Ik maakte de stambomen voor Nederland en Europa en registreerde veel Pitbullterriers als rashonden. De Pitbullclub werd opgeheven onder die naam en ging verder als het Bulldogsyndikaat in 1992, omdat Nederland geen Pitbulls meer gedoogde. ARFE was toen al "geboren" met een beschermende doelstelling en registreerde veel Pitbulls en Amstaffs. Begin 90 er jaren begon men met de invoer van American Bulldogs die werden- en worden nog steeds, door mij geregistreerd. (de eerste American Bulldog in Nederland was mijn Georgia Crib van John D. Johnson) ARFE knokt al sinds 1993 in vele tientallen rechtszaken om honden vrij te krijgen die niets misdaan hebben. De Stichting kreeg erkenning van het Ministerie van LNV (1988), doordat de toenmalige Staatssecretaris Djengis Gabor ons om advies vroeg in de te maken RAD. Ons advies (niet oordelen op uiterlijke kenmerken, maar een gedragstest) werd helaas niet gevolgd, maar daardoor wordt de naam stichting ARFE wel genoemd in de aanhef van de huidige RAD. De overheid (Justitie en LNV) en de hondeneigenaren gebruiken mij als Getuige Deskundige op dit gebied bij het opmaken van een schouwingrapport; wat is dit voor een hond? Omdat de American Bulldog, Old Englische Bulldog en vele andere stoer ogende rassen (die niet FCI geregistreerd kunnen worden) inmiddels aan populariteit hebben gewonnen, gaan de "broodfokkers" deze soorten fokken. Met een stamboom kan men in ieder geval aantonen hoe de hond is gefokt. Soms heeft men geen idee met wat voor bloedlijn er wordt gefokt en is de afstamming dubieus, maar men belooft de klanten wel een stamboom. Vaak help ik fokkers (in het belang van de hond) door uit te zoeken waar ze vandaan komen om toch een stamboom te kunnen maken.

no bullshit`s bulldogs 0636190774 sanka-coffee@hotmail.com

Gladharige,flinke hond, laag op de benen, breed, krachtig . Het hoofd tamelijk groot in vergelijking tot de grootte van de hond, Het gezicht is kort, zijn snuit breed stomp Honden die ademhalingsproblemen vertonen willen de mensen vaak niet kopen. Lichaam kort, ze mogen ook niet te dik zijn ze moeten wel gespierd zijn, .vrouwtjes mogen niet zo zwaar zijn als een reu. KARAKTERISTIEKE INDRUK: De hond moet de indruk geven van vastberadenheid, kracht en aktiviteit. TEMPERAMENT: Waakzaam, ondernemend, trouw aan de baas, betrouwbaar, moedig, nergens bang voor maar wel goed van aard. HOOFD EN SCHEDEL: De schedel moet groot zijn in omtrek, de omtrek (gemeten voor de oren) moet ongeveer gelijk zijn aan de schouderhoogte van de hond. Van voren gezien moet het zeer hoog lijken van de hoek van de onderkaak tot het hoogste punt van de schedel; ook zeer breed en vierkant. De wangen moeten goed rond zijn en aan de zijkant voorbij de ogen uitsteken. Van opzij gezien moet het hoofd zeer hoog en kort zijn, vanaf de achterzijde tot de punt van de neus. Het voorhoofd moet vlak maar niet bol,ook niet naar beneden voor het gelaat uitsteken en zijn vel op het voorhoofd en hoofd is zeer los en gerimpeld. Het gezicht van voren gezien moet van jukbeen tot de neus kort zijn en de huid ervan gerimpeld. De snuit moet kort, breed en omhoog gericht zijn en diep van de ooghoek tot de hoek van de mond. Neus en neusgaten moeten groot, breed en zwart zijn en mag niet leverkleurig zijn rood of bruin; De neusgaten moeten groot, wijd en open zijn, met daartussen een duidelijk zichtbare, rechte, verticale lijn. De snuit kort, breed en omhoog gebogen en zeer diep van de hoek van het oog naar de hoek van de mond. de bovenlippen "chops", moeten dik en breed, zeer diep neerhangen; zij moeten aan de zijkanten (niet van voren) geheel over de onderkaak reiken. Zij moeten van voren tot de onderlip komen en de tanden gemakkelijk bedekken. De kaak moet breed, sterk en vierkant zijn, de onderkaak moet duidelijk van voren uitsteken en omhoog gericht zijn. Gezien vanaf de voorkant moeten de verschillende dele van het gezicht volkomen gelijk zijn aan elkaar als men een zo ge naamde lijn trekt van de top van zijn hoofd naar de punt van de onderkaak. OGEN: Van voren gezien, moeten de ogen laag in zijn hoofd liggen, zover mogelijk van de oren af. De ogen en de stop moeten in een rechte lijn liggen, op welke de groef loodrecht staat. Zij moeten zover mogelijk van elkaar staan, maar de buitenste hoeken moeten wel binnen de buitenste lijnen van de wangen liggen. Rond van voren, niet te groot,en ook niet te diep liggen, niet uitpuilen en moeten in kleur zeer donker wezen –bijna zwart-, zij mogen geen wit tonen wanneer de hond recht vooruit kijkt. en ze mogen geen oogproblemen hebben. OREN: De oren moeten hoog zijn aangezet –met andere woorden- de voorste binnenrand van elk oor moet (van voren gezien) de buitenste lijn van zijn hoofd bij de hoek van die lijn ontmoeten, zodat zij ver uit elkaar liggen en zo hoog en zover van de ogen als mogelijk. Zij moeten klein en dun zijn. " MOND: Brede vierkante kaak met zes kleine snijtanden tussen de hoektanden, in een gelijke rij, de hoektanden ver van elkaar. Die tanden moeten groot en sterk zijn en niet te zien zijn als de mond dicht is. Vanaf de voorkant gezien moet de onderkaak direkt onder de bovenkaak gelijk hieraan zijn. HALS: De hals moet middelmatig van lengte zijn, zeer fors, diep en sterk. Van achteren goed gebogen met veel losse, dikke, gerimpelde huid vanaf zijn keel VOORHAND: De schouders moeten breed, schuin en laag zijn, zeer sterk en gespierd en de indruk geven alsof zij aan het lichaam zijn aangehecht. De borstkas moet ruim, rond en zeer diep van het hoogeste punt van de schouders tot haar laagste punt, waar zij de borst vormt. De voorbenen moeten echt stevig en sterk zijn, goed ontwikkeld en ver uit elkaar geplaatst zijn, fors, gespierd en recht zijn, een tamelijk gebogen ,, geen kromme of O-benig en kort in vergelijking tot de achterbenen, maar niet zo kort dat de rug er lang door schijnt, of dat het de beweeglijkheid van de hond hindert . De ellebogen moeten laag zijn en goed vrij van de ribben staan. De middenvoeten moeten kort, recht en sterk zijn. VOETEN: De voorvoeten moeten recht zijn en iets naar buiten gedraaid, niet te groot en bijna rond, de achtervoeten rond en kompakt. STAART: De staart moet laag aangezet zijn, nogal uitsteken en vervolgens naar beneden buigen. Hij moet rond zijn, glad en zonder franje of ruwe haren. De staart moet matig van lengte zijn, eerder kort dan lang, dik bij de wortel en snel afnemend tot een dunnen punt. Hij moet naar beneden gedragen worden (geen krul aan het einde vertonende) en de hond mag hem niet over zijn rug dragen. GANGWERK: Het gangwerk is typich zwaar en gedrongen, waardoor het lijkt of hij met korte, snelle stappen op de punten van zijn tenen loopt en zijn achtervoet nauwelijks optilt en daarmee over de grond schijnt te slepen. Hij loopt met een van zijn schouders licht vooruit. BEHARING: De beharing moet fijn zijn, kort, dicht en glad (slechts hard omdat zijn kort en dicht is, toch niet te ruw) KLEUR: De kleur moet eenkleurig zijn of eenkleurig met een zwart masker of een zwarte snuit "smuts". De kleur moet glanzen en in haar soort zuiver zijn, n.l.: gestroomd, rood met zijn verschillende variteiten, reekleurig, vaalbruin, etc., wit en wit gevlekte (d.w.z. een van de genoemde kleuren met wit). Leverkleurig, zwart en zwart met rood "black and tan" zijn zeer ongewenst. GEWICHT: Het gewicht van een reu: 25 KG een teef 23 KG Enige hond die duidelijk een lichamelijke- of gedragsafwijking vertoont, dient te worden gediskwalificeert.

qismo is en mooie engelse bulldog van bijna 2 jaar oud ze heeft een goede stamboom qismo verwacht over enkele dagen haar pups de vader van de pups is quando

Een nestje en dan.... Fokken met uw hond is een leuke en spannende bezigheid. Als alles tenminste goed gaat. Er komt namelijk heel wat bij kijken. Als eigenaar van de teef bent u bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het uitkiezen van een geschikte reu en het vaststellen van het juiste moment van dekken. Daarnaast moet u ook nog de dracht en de geboorte begeleiden en na de bevalling de teef en pups goed verzorgen. Niet gering dus. Maar als alles goed gaat, is het zeker de moeite waard. Op deze pagina's vindt u informatie over het fokken met uw hond. Waar moet u op letten? Wat kunt u doen om alles zo goed mogelijk te laten verlopen? En bij wie kunt u terecht voor meer informatie? Algemeen Allereerst willen we een misverstand uit de wereld helpen: het is niet zo dat het krijgen van een nestje beter is voor de gezondheid van een teef. Als dat uw motivatie is om met uw teef te fokken, kunt u uw dierenarts beter om advies vragen voor een effectieve geboortebeperking. Wilt u om andere redenen gaan fokken, stel dan eerst de volgende twee dingen vast (zeker als u gaat fokken met rashonden): Voldoet de teef ruimschoots aan de typische kenmerken en eigenschappen van het ras? Bestaat er een kans op het doorgeven van erfelijke afwijkingen? Ontwormen Ontworm de teef voor ze gedekt wordt. Het is sterk af te raden dit tijdens de dracht te doen. De pups moeten op een leeftijd van 2, 4, 6 en 8 weken ontwormd worden. Herhaal dan ook de behandeling bij de moeder. Overleg ook met uw dierenarts voor welke vaccinaties uw teef in aanmerking komt en laat haar inenten voordat ze loops wordt en u haar wilt laten dekken. De dracht Een teef draagt gemiddeld 63 dagen. Als ze een klein aantal pups draagt, kan dit enkele dagen langer duren. Als een teef vier weken drachtig is, kunt u meestal al de vruchtkamertjes voelen. Deze zijn ook te zien op een echografie van de buik. Pas na ongeveer zes weken (afhankelijk van het aantal pups) krijgt de teef een dikkere buik. Tijdens de dracht hoeft u de teef geen speciaal voer te geven. De meeste merken compleet hondenvoer bevatten zoveel voedingsstoffen dat ze ook geschikt zijn voor drachtige teven. Het is ongewenst om naast deze voeding extra mineralen en vitaminen te geven. De eerste zes weken van de dracht eet de teef normaal, maar in de laatste twee weken heeft ze meer voeding nodig. Al naar gelang haar conditie en het aantal pups kan dit oplopen tot anderhalf keer de normale hoeveelheid. Geef de teef in deze periode wat vaker te eten, in plaats van meer voer per keer. Wij geven onze teven in de laatste twee weken pupvoer omdat daar meer voedingstoffen inzitten. Het kraambed Voor een vlotte bevalling is rust van het grootste belang! Zoek dus een rustig plekje uit waar de teef zich op haar gemak voelt. Installeer daar een werpkist. Een opstaande rand voorkomt dat de teef per ongeluk op de pups gaat liggen waardoor ze dood kunnen gaan. Isoleer de bodem en bedek hem bijvoorbeeld met kranten. Pasgeboren pups kunnen zichzelf moeilijk warm houden; daarvoor hebben ze hun moeder nodig of een warmtebron. Een rode warmtelamp is hiervoor heel geschikt. Hang hem boven een hoek van de werpkist zodat de pups zich kunnen koesteren, maar de teef het niet te warm krijgt. Laat de lamp ongeveer een week hangen. De meest ideale temperatuur in de werpkist voor die eerste week is 20-22C. Recht onder de lamp is de temperatuur 26-27C. Voor moederloze pups is de temperatuur bij voorkeur hoger: 30-31C. Het verloop van de geboorte De geboorte kondigt zich meestal een dag van tevoren aan: de teef is onrustig en vertoont nestelgedrag. Haar lichaamstemperatuur is op dat moment ongeveer een graad lager dan normaal.Als de teef wat helder, lichtgroen vruchtwater verliest, kunt u de eerste pup binnen enkele uren verwachten.Het verloop van een geboorte kan heel verschillend zijn. Het is afhankelijk van het ras, het aantal pups en de conditie van de teef. Ook rust speelt een belangrijke rol. De eerste pup komt soms wat moeizaam ter wereld, maar de volgende pups volgen meestal heel vlot. Gemiddeld duurt het 45 minuten voor er weer een pup geboren wordt, maar ook tussenpozen van een uur zijn heel normaal. Let op: als u ziet dat een pup in stuitligging geboren gaat worden, laat dan geen kostbare tijd verloren gaan en trek hem er voorzichtig uit. De moeder likt haar pasgeboren pup schoon. Zo haalt ze de vruchtvliezen van de pup af en stimuleert ze de ademhaling. De navelstreng scheurt meestal vanzelf op de juiste plaats af. Als dat niet gebeurt kunt u hierbij voorzichtig helpen. Als de navel toch nog blijft bloeden, mag u deze op 1-2 cm van de buikwand afbinden met een draadje garen. Laat de teef met haar pups verder met rust zodat de bevalling zo natuurlijk mogelijk kan verlopen. De pups vinden al gauw een tepel en proberen te drinken. Met hun zuigen stimuleren ze niet alleen het toeschieten van de melk, maar ook de voortgang van de bevalling. De nageboorten worden tussen de geboorten door uitgedreven. Ze vallen nauwelijks op, doordat de teef ze meestal direct opeet. Zorg dat ze er niet teveel eet, want daar kan ze diarree van krijgen. Laat de teef tijdens de bevalling een keer uit. Raadpleeg uw dierenarts als: De teef 2 dagen over tijd is. Ze donkergroen of stinkend vloeit. Er na 30 minuten krachtige buikpers geen pup komt. Er sinds de laatste pup al twee uur verstreken is terwijl er nog meer pups worden verwacht. De teef overstuur is of zich agressief gedraagt tegen haar pups. De teef na de geboorte onrustig blijft (misschien is er nog een pup of een nageboorte achtergebleven of dreigt er een ontsteking van de melkklieren). Het kan nuttig zijn om uw dierenarts vooraf op de hoogte te stellen van de te verwachten bevalling. Het is in ieder geval verstandig de teef binnen 24 uur na de bevalling door een dierenarts te laten controleren. De zogende teef Het mag duidelijk zijn dat het erg belangrijk is dat de teef deze periode gezond blijft. Om infecties te voorkomen is een goede hygiene noodzakelijk. Was daarom steeds uw handen voor u in aanraking komt met de pups en de teef. Laat de pups de eerste twee weken niet door bezoekers aanraken. Verschoon de bodembedekking vaak. Het is normaal dat een teef tot drie weken na de bevalling blijft vloeien. Eerst is het groenrood gekleurd; later lichtrood en tenslotte wordt het helder slijm. Let op: chocoladekleurige, stinkende uitvloeiing is afwijkend (dit kan wijzen op een baarmoederontsteking). Ook voor een zogende teef is pupvoer zeer geschikt. De behoefte aan voedsel kan oplopen tot wel twee a drie keer de normale hoeveelheid, afhankelijk van het aantal pups. Geef de teef verdeeld over de dag meerdere porties te eten. Zorg steeds voor voldoende vers drinkwater en laat de teef regelmatig uit. De pups Als alles goed gaat hoeft u de eerste weken niet veel aan de pups te doen. U moet natuurlijk opletten of alles wel goed gaat! Daarbij zijn vooral het gedrag en het gewicht van de pups belangrijk. We zullen hieronder een aantal zaken bespreken die bij de pups van belang zijn. Gedrag Tijdens de eerste twee weken van hun leven horen pups rustig en tevreden te zijn. Ze slapen veel en groeien als kool. Onrust in het nest betekent dat er iets niet in orde is! De pups hebben honger of ze zijn ziek. Is een pup traag en koud, raadpleeg dan onmiddellijk uw dierenarts. Gewicht Het is belangrijk om te weten of een pup goed groeit. Noteer daarom het geboortegewicht van de pups en blijf ze voorlopig een maal per dag wegen. Zo controleert u de melkopname per pup. Gemiddeld verdubbelt het geboortegewicht zich in zeven tot acht dagen. Als een pup in gewicht afneemt, is dat een reden om contact op te nemen met uw dierenarts. Voor pups die onvoldoende drinken is speciale kunstmelk verkrijgbaar. Om de pups bij het wegen uit elkaar te kunnen houden, brengt u bijvoorbeeld merktekens aan met nagellak of doet u ze verschillend gekleurde draadjes om de hals. Voeding In de eerste drie weken drinken de pups uitsluitend bij hun moeder. Daarna mogen ze voor het eerst wat vast voedsel eten: pap opbouwend naar geweekte brokjes. Na vijf tot zes weken neemt de melkproductie bij de moeder af en hebben de pups meer vast voedsel nodig. Vergroot de hoeveelheid voedsel beetje bij beetje. Na zes tot acht weken zult u merken dat de pups nauwelijks meer bij de moeder drinken en vooral vast voedsel eten. Verdeel het voedsel voorlopig in vijf porties per dag. Speciaal puppyvoer heeft een goede samenstelling en voldoet volledig aan de behoefte van snelgroeiende pups. Het is onverstandig om extra mineralen en vitaminen toe te voegen. Zorg altijd voor voldoende schoon drinkwater. Vlooien Ook vlooien kunnen een pup ziek maken. Zorg er daarom voor dat de pups in een vlovrije omgeving worden geboren. Bedenk dat niet alle vlooienbestrijdingsmiddelen geschikt zijn voor drachtige honden en pups. Vraag raad bij uw eigen dierenarts. Oormijt Een infectie met oormijt is erg besmettelijk. De infectie verraadt zich door jeuk aan de oren met een productie van veel bruin, korrelig oorsmeer. Raadpleeg in dit geval zeker uw dierenarts! Inenten Honden moeten absoluut worden ingeent tegen een aantal zeer besmettelijke en levensgevaarlijke ziekten. Meestal zal een pup als hij zes weken oud is worden ingeent tegen de hondenziekte en parvo, beide dodelijke ziekten. Hierbij krijgt u voor elke pup een vaccinatieboekje waarin de entingen worden genoteerd. Ook wordt in het boekje de gezondheid van de pup beschreven. Dit boekje geeft u later mee aan de toekomstige eigenaar. Identificatie en registratie Honden kunnen worden geedentificeerd door middel van een tatoeage in het oor of door een microchip. Deze microchip, ook wel transponder genoemd, wordt onderhuids aangebracht en is ongeveer zo groot als een rijstkorrel. De hond voelt praktisch niets van deze elektronische identificatie en is voor altijd herkenbaar. Het unieke chipnummer kan met een speciale chipreader worden gelezen. Honden zonder stamboom kunnen door de dierenarts van een chip worden voorzien. Deze plakt dan een sticker met het nummer van de chip in het vaccinatieboekje. Deze honden worden geregistreerd bij een databank, bijvoorbeeld de Nederlandse Databank voor Gezelschapsdieren. Naar de nieuwe baas Als de pups vijf weken oud zijn kunnen ze voor het eerst even bij de moeder weggehaald worden. In de drie weken die daarop volgen kunt u die periodes steeds langer maken. Na acht weken kan de pup helemaal bij de moeder weg en gaat hij meestal naar een nieuwe eigenaar. Als fokker moet u zich realiseren dat dit een enorme verandering betekent voor het hondje. U kunt de overstap makkelijker maken door een aantal maatregelen te nemen. Geef de nieuwe baas bijvoorbeeld een lap stof mee die een poosje in het nest heeft gelegen. En geef ook wat voer mee waaraan de pup gewend is. Als u merkt dat de nieuwe eigenaar daar behoefte aan heeft, kunt u hem wijzen op een aantal zaken: Een hond is een groepsdier en heeft er een hekel aan om alleen te zijn. Daar moet de pup nog aan wennen. Een hond ligt van nature graag in een hol. Hij voelt zich dus het meest op zijn gemak in een beschutte kist, bench of mand. De eerste drie maanden zijn voor de opvoeding van een pup erg belangrijk. Geef tips over het zindelijk maken en het opvoeden van de hond. Wijs op uitstekende boekjes en cursussen die er op dit gebied zijn, wijs op het belang van ontwormen, vlooienbestrijding en inentingen. Geef het ingevulde vaccinatieboekje mee.

Toen de Amerikaanse Bulldog halverwege vorige eeuw "gered" werd door een aantal fokkers bleek dat er verschillende typen Amerikaanse bulldoggen waren ontstaan. Dit was niet geheel vreemd omdat deze fokkers elk een hond hadden gefokt naar hun eigen inzicht van hoe de Amerikaanse bulldog er uit moest zien. Ze hadden een werkdoel voor ogen en daar zijn ze naar toe gaan fokken, wel gebruik makend van de zelfde oorspronkelijk in Amerika voorkomende bulldoggen. Op den duur zijn er twee typen hier van overgebleven. De Bulldog van de heer J.D.Johnson en de Bulldog van de heer Scott. De heer Johnson had een type gefokt dat groot en grof gebouwd was. Erg geschikt als waakhond en jager op groot wild (zwijnen e.d.) De Bulldog van de heer Scott was van een slanker type en ietwat minder grof. Deze hond was voor de zelfde werkdoelen geschikt maar er was meer gefokt in de richting van snelheid en uithoudingsvermogen. Er zijn dan ook twee rasstandaarden opgesteld:

een hele lieve amerikaanse bulldog x boxer teefje va 4 jaar oud lana is ibv boekje en chip zeer lieve hond met andere honden en kinderen heeft wel de ruimte nodig, ze weegt 60 kilo geen sloper of blaffer wel baas op eigen terrein lana is een hond met een gouden karakter en trouw aan de baas ze houdt van zwemmen, aan de fiest en lange wandelingen, trekt niet aan de riem

• Aanschaf bull puppy
• Alles over aanschaf puppie
• Alles over bullen
• Amerikaanse bulldog
• Arfe
• Benodigdheden
• Dabf
• Dieren
• Dierenbescherming
• Fci stamboom
• Geef ze een warm nestje
• Verzorging bullen
• Wacht niet te lang met een kwaaltje

dunya en quando hebben een zeer goede stamboom en goede resultaten op de shows ook de pups van vorige nest zijn 1,2,3, geworden op shows en keuringen met blauw grijze ogen u mag vrijblijvend komen kijken. de pups gaan weg met - stamboom - europees paspoort met gezondheidsverklaring - enting - chip - puppypakket - meerdere ontwormingen - is zo goed als zindelijk - ontvlooid - wekelijkse controle dierenarts - ze groeien sociaal op met alles en iedereen

PITBULLWET AFGESCHAFT! Persbericht van LNV Minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) wil een nieuwe regeling invoeren om te voorkomen dat kinderen het slachtoffer worden van agressieve honden. Tegelijk wordt de huidige Regeling Agressieve Honden (RAD) afgeschaft; volgens deze regeling worden pitbullachtige honden in beslaggenomen en gedood. De regeling kent ook een fokverbod en een verbod op het houden van deze honden. De RAD is in 1993 ingevoerd nadat drie kinderen door pitbulls werden doodgebeten. De commissie Van Sluijs, die de RAD op verzoek van minister Verburg evalueerde, concludeert dat de regeling niet leidt tot minder bijtincidenten. Volgens de commissie Van Sluijs is de RAD niet effectief omdat het aantal bijtincidenten door de jaren heen hetzelfde is gebleven. Hoewel pitbullachtigen vaker dan andere honden betrokken zijn bij bijtincidenten, gaat het om slechts een klein deel van de pitbulls. Dat rechtvaardigt onvoldoende het doden van honden, vindt de commissie. Zij ziet veel meer in voorlichting aan hondenbezitters en in aanscherping van gemeentelijke APV's (Algemeen Plaatselijke Verordening). Minister Verburg neemt vrijwel alle aanbevelingen van de commissie over. De honden die de afgelopen jaren in beslag zijn genomen op basis van de RAD worden nu per dossier door het Openbaar Ministerie beoordeeld. Zodra er geen sprake is van agressief gedrag worden de honden teruggegeven aan hun eigenaar. De eigenaren worden hierover per brief verder geïnformeerd. Omwille van de zorgvuldigheid kan dat enkele maanden duren. 'Maar,' vindt Verburg, 'elk bijtincident, is er één te veel'. Daarom wordt er een nieuwe regeling gemaakt die het mogelijk maakt om elke agressieve hond met een schofthoogte van minimaal 35 centimeter te onderwerpen aan een nieuwe gedragstest. Dergelijke gedragstesten bestaan al, maar zijn nog onvoldoende in staat om de agressiviteit van een hond te voorspellen. Daarom wordt er een nieuwe test ontworpen. Honden die agressief gedrag vertonen en waarbij uit de test blijkt dat het in de aard van de hond zit, kunnen alsnog gedood worden. Deze test wordt afgenomen door een gedragsdeskundige. Daarmee komt Verburg tegemoet aan de wens van de Tweede Kamer, die vandaag een brief over de nieuwe regeling en het rapport van de commissie van wijzen heeft ontvangen. Omdat burgemeesters een grote rol krijgen in het naleven van de nieuwe regeling, heeft de minister contact met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Burgemeesters kunnen op basis van het bestuursrecht honden in beslag laten nemen en onderwerpen aan de test. In ernstige gevallen kan ook gebruik gemaakt worden van het Wetboek van Strafrecht. hier nog een filmpje voor de pitbull honden die het niet overleefd hebben www.youtube.com/v/1w-tk3hfg3w&hl=nl

EKC REGLEMENTEN PUPPY KLASSEN Puppies onder te verdelen in classic en standaard reuen en teven, in onderstaande klassen 1e Klas = nieuwe puppen van 3 tot 6 maanden 2e Klas = jonge puppen van 6 tot 9 maanden 3e Klas = oudere puppen van 9 tot 12 maanden De puntentelling is afhankelijk van het aantal deelnemers in de showring Van 1 tot 5 deelnemers : 1e plaats = 5 punten 2e plaats = 3 punten 3e plaats = 2 punten Van 6 tot 10 deelnemers : 1e plaats = 10 punten 2e plaats = 5 punten 3e plaats = 3 punten Van 11 tot 14 deelnemers : 1e plaats = 15 punten 2e plaats = 10 punten 3e plaats = 8 punten Van 15 of meer deelnemers : 1e plaats = 18 punten 2e plaats = 13 punten 3e plaats = 10 punten De winnaars van elke klasse (nieuwe, jonge en oudere klasse reuen en teven) moeten nogmaals wedijveren (de ring in) voor beste Pup Reu & beste Pup Teef en hier worden dan voor de winnaar nogmaals 10 punten toegekend. De beste Pup Reu & beste Pup Teef moeten nogmaals wedijveren (de ring in) voor de titel beste Pup van de show en verdiend hiermee nogmaals 10 punten. JUNIOREN KAMPIOENSCHAP Een puppy moet in de periode (van 3 tot 12 maanden oud) totaal (berekend over meerdere shows) 100 punten hebben verdiend en op zijn minst éénmaal een grote overwinning van beste reu of beste teef hebben behaald in de respectievelijke klas(sen) en zo cumulatief een aantal van minimaal 15 puppies hebben verslagen of beste Pup van de show worden en daarbij cumulatief minimaal 15 pups hebben verslagen dan krijgt hij/zij de titel Junioren Kampioen (Junior Kampioen) Om van Junior Kampioen een EKC-Kampioen te worden moet hij/zij na de periode van 12 maanden meedoen aan de volwassen klas(sen) en éénmaal een grote overwinning hebben behaald als beste reu of beste teef over minimaal 20 honden in hun respectievelijke klas(sen) of beste Hond van de show worden en daarbij cumulatief minimaal 20 honden hebben verslagen. (behaalde puppy punten worden na de 12 maanden puppy periode meegenomen naar het volwassenen klassement) VOLWASSEN KLASSEN Honden te verdelen in classic en standaard, reuen en teven, in onderstaande klassen 1e Klas = volwassen junioren van 1 tot 2 jaar 2e Klas = Volwassen senioren van 2 tot 4 jaar 3e Klas = volwassen veteranen van 4 jaar en ouder De puntentelling is afhankelijk van het aantal deelnemers in de showring Van 1 tot 5 deelnemers : 1e plaats = 5 punten 2e plaats = 3 punten 3e plaats = 2 punten Van 6 tot 10 deelnemers : 1e plaats = 10 punten 2e plaats = 5 punten 3e plaats = 3 punten Van 11 tot 14 deelnemers : 1e plaats = 15 punten 2e plaats = 10 punten 3e plaats = 8 punten Van 15 of meer deelnemers : 1e plaats = 18 punten 2e plaats = 13 punten 3e plaats = 10 punten De winnaars van elke klasse (junioren, senioren en veteranen) reuen en teven moeten nogmaals wedijveren (de ring in) voor beste Reu & beste Teef en hier worden dan voor de winnaars nogmaals 10 punten toegekend. De beste Reu & Teef moeten nogmaals wedijveren (de ring in) voor de titel “beste van de show” en verdiend hiermee nogmaals 10 punten. Daarna moet de beste van de show Standaard type en de beste van de show Classic type het tegen elkaar opnemen voor de titel “allerbeste van de show” en verdiend hiermee nogmaals 10 punten. De “allerbeste van de show” moet gejureerd worden door de keurmeester van de Standaard klassen, en door de keurmeester van de Classic klassen en door een derde keurmeester, daarbij heeft elke keurmeester 1 stem, de hond met de meerderheid van stemmen wint. Om kampioenstatus te verkrijgen moet je hond het volgende verkrijgen (winnen) Een hond kan kampioen worden op de volgende twee manieren; 1. GROTE OVERWINNING A De hond moet minimaal een grote overwinning behalen als beste reu of teef. De overwinning moet behaald zijn over een minimum van twintig hond in hun respectievelijke klas(sen)of beste van show zijn geworden en deze overwinning behaald hebben over een cumulatief totaal van minimaal twintig honden. B De EKC accepteert 50% van de punten behaald op shows van alle bonden ; echter het totaal wat men mee mag rekenen bedraagt niet meer dan 50 punten. Deze punten moeten wel schriftelijk verklaard worden hoe deze punten behaald zijn (juryrapporten) C Om EKC kampioen te worden is een totaal van 100 punten nodig. 2. MEERDERE OVERWINNINGEN A De hond moet tweemaal de overwinning in de volwassenklasse van beste van de show hebben behaald en één additionele, separate overwinning waarin hij de status behaald heeft van volwassen beste Reu of volwassen beste Teef onder verschillende keuringsmeesters. Bijvoorbeeld; de prijs winnaar volwassen beste Reu of Teef behaalt in dezelfde ring (zelfde dag, zelfde keurmeester) waaruit voortvloeit de beste volwassen Reu of Teef van de show geldt dus niet mee als een overwinning om dat het geen separate overwinning is. Separate overwinningen behaalt tijdens de pupperiode zijnde Puppy Beste van de show of Puppy Beste van zijn klasse tellen dus in deze methode niet mee als separate overwinning om de status van volwassen kampioen te krijgen. De punten die hiermede behaald worden tellen wel mee om de naar de hierboven eerder genoemde EKC Pup (junior) Kampioen te behalen, onder de daar genoemde voorwaarden. De eerdere behaalde (puppy) punten worden wel opgeteld bij de benodigde 150 punten om voor het de titel volwassen kampioen in aanmerking te komen. B De hond moet collectief 40 honden hebben verslagen in de 2 behaalde overwinningen van beste van de show en de additionele, separate overwinning. Bijvoorbeeld; 1e overwinning over 18 honden als Beste van de show onder keurmeester X, 2e overwinning over 15 als Beste van de show onder keurmeest Y en de additionele, separate overwinning over 10 honden welke de titel opleverde zijnde Beste Reu (of Teef) onder keurmeester Z. Totaal verslagen honden is 43, De hond heeft de kwalificaties voor Volwassen kampioen verkregen mits de 150 puntenzijn verkregen. C Om een kampioenschap te behalen dienen de overwinningen, tweemaal Beste van de show en de additionele, separate overwinning dienen allemaal in dezelfde klas(sen) behaald te worden, of in de Classic of in de Standaard (dus niet één overwinning van een andere klasse meetellen) D Een totaal van 150 EKC punten is nodig. EKC puppy punten en EKC Volwassen mogen bij elkaar opgeteld worden om in aanmerking om de status van Volwassen kampioen te verkrijgen. Andere punten behaald bij een andere show georganiseerd door een andere vereniging/club of bond tellen niet mee in deze score. KAMPIOENEN KLASSE Alleen de honden die de titel EKC Kampioen hebben behaald mogen deelnemen in de kampioenen klasse. · Reuen en Teven komen tegen elkaar uit in de ring. · Niet minder dan 3 kampioenen van hetzelfde type (classic of standaard) komen tegen elkaar uit om deze klasse te winnen (minder dan 3 deelnemers worden alleen geshowd) · Er mogen niet minder dat drie keurmeesters aanwezig zijn in de ring om te besluiten wie de kampioen van de kampioenen klasse wordt. · Kampioenen moeten deze klasse driemaal (op verschillende shows) winnen om de titel Groot Kampioen te verkrijgen.

Algehele verschijning: De Amerikaanse bulldog is een hele sterke atletische zwaargewicht in de categorie middelgrote/grote honden. In beweging geeft hij de indruk van snelheid en kracht. Hij is alert, stoer en kent geen angst, echter zonder agressief te zijn. De eerste indruk moet die van een hele grote atletische Bulldog zijn, en niet die van een oversized terriër. De kop: De kop is een beetje een blok. De schedel is groot en vierkant, bovenop plat en bedekt met sterke spieren. Er is een duidelijke rimpel tussen de ogen. De schedel en de snuit worden gescheiden door een diepe abrupte stop. De snuit is ook geblokt/vierkant en breed, en moet er zeer sterk uitzien. De snuit is ongeveer 25 tot 30 procent van de totale koplengte. Hij heeft een niet te grote onderbijt (rond de drie/vier mm). De tanden zijn groot en sterk. De ogen (bruin van kleur) zijn rond en staan wijd. Flap-oren hebben de voorkeur. De neus is zwart. Het lichaam: Het lichaam is robuust en sterk. Een Amerikaanse bulldog is grof en breed. De borst is diep en breed met goed gewelfde ribben. De rug is niet te lang, heel sterk, loopt naar achteren toe iets op en geeft veerkracht en power aan de achterhand. De buik wordt ligt ingehouden. De nek moet in verhouding zijn tot het lichaam. De nek is de plaats waar de kracht van de hond is geconcentreerdt. Hij is lang genoeg om als hefboom te werken (maar niet te lang), en bespierdt genoeg om zijn werk te kunnen doen. De schouders zijn breed en zwaar bespierdt. De poten: De voor en achterpoten moet je samen bekijken omdat ze als geheel in balans moeten zijn. De achterhand is zwaar bespierd maar niet zo breed als de schouders. De achterpoten moeten parallel lopen en juist gehoekt zijn. De voorpoten zijn recht en (zwaar) bespierd De staart: De staart is lang genoeg om de hakken te bereiken (of ietwat langer). De staart is bij de aanplant dik en loopt iets dunner uit naar de punt. De staart, als verlengde van de hond gezien moet sterk zijn. De staart eindigt in een halve cirkel. Soms (bij b.v. opwinding) wordt de staart boven de rug gedragen. De afmetingen van de Amerikaanse bulldog: De Amerikaanse bulldog is gefokt om te werken en niet voor de showring. Hierdoor is er een grote afmetingenrange onder de Amerikaanse Bulldoggen. Je hebt reuen van 56 cm bij de schouder tot 69 cm schouderhoogte. Teven zijn kleiner, van ongeveer 43 cm tot 66 cm schouderhoogte. Het gewicht van reuen varieert tussen 35 en 59 kg, dat van teven tussen 30 en 55 kg. Gewicht en grootte moeten in overeenstemming zijn. De Amerikaanse bulldog is een werkhond en gewicht of grootte zijn niet een criterium voor kwaliteit. Een in top konditie verkerende niet al te grote hond is beter dan een uitgezakte zware gigant, maar daar tegenover staat dat een (te kleine) terrier achtige hond niet ras-typisch is. Als alle onderdelen van de hond in verhouding zijn krijgt de grotere hond de voorkeur. De kleur: De voorkeurskleur is ten minste 50 procent wit met grote vlekken. Een hele witte hond is ook goed maar dan moet je uitkijken dat hij niet doof is (bij hele witte honden is de kans op doofheid groter). De kleuren van de vlekken zijn; elke variant van gestroomd, en elke variant van bruin zoals tan rood geel fawn enz. De vacht: De vacht is kort, hard en glanzend, de vacht is de spiegel van de gezondheid van de hond en moet schoon en helder zijn. Fouten: De kop Een slappe uitstraling van de kop, te klein of te spitse snuit, zichtbare ondertanden als de bek gesloten is (te grote onderbijt). 2 ogen in een verschillende tint (bijv. donker en licht). Het lichaam Een zwakke uitstraling gevend lichaam, een slingerende achterkant, minder dan twee goed ingedaalde testikels, de Amerikaanse bulldog is een echte werkhond dus elke overdrevenheid die de effectiviteit van de hond in vermindering brengt is een serieuze fout. De poten Slappe poten, koehakkigheid, naar binnen of naar buiten wijzende voorvoeten, naar buiten stekende ellebogen, te veel hoeking van de achterpoten zoals bij de Duitse herder. De staart Te korte staart, een te rechte staart, een gecoupeerde staart. De afmetingen van de Amerikaanse bulldog Reuen onder 35 kg, teven onder 32 kg, terriër achtige honden. De kleur Geheel zwart, zwart en tan, zwart en lever, merle, fawn met een zwart masker.